
21 mei Duurzame bloemkool: niet onderwerken van vaste mest
Duurzame bloemkool: niet onderwerken van vaste mest
2020 – 2024
Beschrijving project
Probleem
In opdracht van provincie Noord-Holland wordt op percelen van bloemkooltelers Wim Reus en Pé Slagter in Hem (Noord-Holland) onderzocht wat de invloed is van het niet onderwerken van vaste mest op de bodemkwaliteit, opbrengst, productkwaliteit van de gewassen, uitspoeling naar oppervlakte water, onder- en bovengrondse biodiversiteit (microben, aaltjes en insecten) en akkervogels.
De resultaten van dit onderzoek moeten helpen bij het vaststellen of het wenselijk is de huidige regelgeving met betrekking tot het verplicht onderwerken van mest aan te passen, om zodoende een remmende factor voor het gebruik van vaste mest én voor het sluiten van kringlopen in de landbouw weg te nemen.

Download de volledige praatplaat over het Duurzame Bloemkool project hier.
Resultaten
Werkbezoek gedeputeerde Ilse Zaal 2022
In de rapportage van 2021 worden alle resultaten van de nulmetingen (maart 2020) en de eerste metingen (gedaan tussen augustus en november 2020) gegeven. De tweede metingen, die gedaan zijn in 2021 zijn inmiddels afgerond, maar moeten nog geanalyseerd worden in het lab. Deze metingen zullen in de volgende rapportage meegenomen worden. Om trends te kunnen vaststellen in de data zijn meerdere jaren nodig. Het is daarom nog niet mogelijk om algemene conclusies te trekken uit de huidige resultaten.
Download: Verslag Werkbezoek Ilse Zaal – Verslag Werkbezoek Ilse Zaal – Duurzame Bloemkool
Rapportage 2021
In de rapportage van 2021 worden alle resultaten van de nulmetingen (maart 2020) en de eerste metingen (gedaan tussen augustus en november 2020) gegeven. De tweede metingen, die gedaan zijn in 2021 zijn inmiddels afgerond, maar moeten nog geanalyseerd worden in het lab. Deze metingen zullen in de volgende rapportage meegenomen worden. Om trends te kunnen vaststellen in de data zijn meerdere jaren nodig. Het is daarom nog niet mogelijk om algemene conclusies te trekken uit de huidige resultaten.
Download: Rapportage 2021 – Duurzame bloemkool
Rapportage 2020
Een deel van de nulmeting wordt uitgelegd in dit rapport, want nog niet alle monsters zijn geanalyseerd in het laboratorium. Het analyseren van de vele monsters kost tijd, maar dit is geen probleem omdat de monsters voor lange tijd bewaard kunnen worden in de koeling of vriezer. Naast de gedeeltelijke resultaten van de nulmetingen vindt u ook de volledige beschrijving van de methode die is toegepast, terug in deze rapportage. De methoden zijn uitgevoerd in overleg met de collega’s in Friesland die in 2021 van start zijn gegaan met een vergelijkbaar onderzoek.
Download: Rapportage 2020 – Duurzame Bloemkool
Plan van aanpak
Het plan van aanpak is gemaakt in opdracht van de Provincie Noord‐Holland in samenwerking met Van Hall Larenstein, Ecolana en Agroagenda en Amsterdam Green Campus. Onderzoekers Elly Morriën en Erik Cammeraat van het Instituut Biodiversiteit en Ecosysteem Dynamica van de Universiteit van Amsterdam leiden het onderzoek. Allerlei studenten van MBO, HBO en WO kunnen aansluiten bij het onderzoek via het Sustaina Student Lab van Amsterdam Green Campus.
Download: Plan van aanpak – Duurzame bloemkool
Studentopdrachten
Studenten van MBO, HBO en WO doen onderzoek binnen het Duurzame bloemkool project. Hieronder zijn de verschillende rapporten te vinden én doen we verslag over kennisdeeldagen.
MANOU KLOK, NATALIE VAPHIADIS, TAMARA VAN WEES EN RICK MAK: 4E JAAR FOOD COMMERCE AND TECHNOLOGY, Hogeschool Inholland
Februari 2023
Artikel: Bloemkool en blad na teelt op wel of niet ondergewerkte varkensmest: welke bloemkool is lekkerder en hoe gezond is bloemkoolblad?
Vier studenten van Inholland deden onderzoek naar de sensorische eigenschappen en de inhoudsstoffen van bloemkool. De studenten hebben naast de bloemkool ook onderzoek gedaan naar de bloemkoolbladeren. Vaak wordt het bloemkoolblad weggegooid, reden om te kijken naar de mogelijkheden om deze bladeren te benutten!
Download hier het artikel.
FLOOR VAN DER MAREL, DEMY HUIJSMAN, ROMÉE WILDEMAN : 4E JAAR FOOD COMMERCE AND TECHNOLOGY, Hogeschool Inholland
oktober 2021 – januari 2022.
Artikel: “De invloed van het wél of niet onderwerken van vaste mest op de smaak en nutritionele waarde van bloemkool”.
Het niet onderwerken van vaste mest heeft naar verwachting een positief effect op de bodem en biodiversiteit ten opzichte van wél onderwerken, maar wat is het effect van een kwalitatief goede bodem op de kwaliteit van de bloemkool als we kijken naar inhoudsstoffen en sensorische aspecten?
Om erachter te komen welke vorm van bemesting de meeste positieve effecten heeft op de kwaliteit van de bloemkolen, kijkend naar de inhoudsstoffen en sensorische eigenschappen zoals kleur, geur en structuur, hebben drie studenten van Hogeschool Inholland onder leiding van de Amsterdam Green Campus een onderzoek uitgevoerd. De vraagstelling luidde: heeft het niet onderwerken van mest invloed op de inhoudsstoffen en sensorische eigenschappen van bloemkool? En zo ja, is dit dan een negatieve of een positieve invloed?
Download hier het artikel: Artikel smaak en nutritionele waarde van bloemkool 2021
MEES ZWAGERMAN: 3E JAAR BACHELOR FUTURE PLANET STUDIES, Universiteit van Amsterdam
1 april 2021 – 30 mei 2021.
Thesis: “Effects of Minimal Tillage Management and Different Manure Types on Earthworm Populations in Dutch Cauliflower Fields”.
The international food production is increasing because of the global population growth. In order to meet the need for food in the world, the agricultural sector is under pressure. The demand for Intensive farming is growing rapidly, to have high crop profit on a short term. Intensive agriculture causes soil quality to deplete. The importance of focusing on soil improvement becomes more urgent. This can be achieved by changing agricultural methods. Techniques such as tillage and over-fertilization reduce biodiversity. The soil can no longer recover due to a nutrient deficiency. Tillage also affects underground life. There’s a growing awareness that alternative and more sustainable agricultural methods must be found to prevent further deterioration of biodiversity. Non-incorporation of manure can contribute to the improvement of soil biodiversity because it leaves the home ground of organisms such as worms undisturbed. Worms improve the soil structure, stability and the conversion of soil organic matter (SOM). And play a crucial role in stimulating biodiversity. This research will therefore look at: How does the density and biomass of earthworms in Dutch marine clay soils vary over the season (1)? What is the correlation between earthworm types in relation to different manure types (2)? How does tillage affect the juvenile earthworm count, the food source of meadow birds (3)?
DOUWE DE MAIJER: 3E JAAR BACHELOR FUTURE PLANET STUDIES, Universiteit van Amsterdam
1 april 2021 – 30 mei 2021.
Thesis: “Effects of Minimal Tillage Management on Low-flying Insect Abundance and Meadow Bird Nests and Behaviour in Dutch Cauliflower Fields”.
Dit onderzoek is gericht op de effecten van het niet-onderwerken van strorijke stalmest op laagvliegende insectenpopulaties en weidevogelnesten en -gedrag. Voor het analyseren van insectenpopulaties is gebruik gemaakt van malaisevallen die voor en na het toedienen van mest wekelijks geleegd, gedroogd, gewogen en geteld werden, om vervolgens te meten of er een verschil was tussen wel- en niet-ondergewerkte stroken. Direct na toediening van mest blijken insecten populaties significant hoger te zijn op niet-ondergewerkte velden, hoogstwaarschijnlijk omdat het voedselaanbod hoger en beter beschikbaar is. Er is geen significante relatie tussen vogelnestaantallen en wel- of niet-ondergewerkte velden, maar er werden wel meer nesten aangetroffen op niet-ondergewerkte velden. Daarbij moet wel vermeld worden dat de vogelnestkeuze van weidevogels vaak eerder gewoonte is dan bewuste keuze, dus een directe relatie met wel of niet onderwerken kan niet worden geconcludeerd. Wel werd er significant meer gefoerageerd op niet-ondergewerkte velden, waarschijnlijk omdat het insectenaanbod op deze velden hoger is.
SUSANNE DE BRUIN: 3E JAAR BACHELOR FUTURE PLANET STUDIES, Universiteit van Amsterdam
1 april 2021 – 30 mei 2021.
Thesis: “The impact of tillage practices on the aggegrate stability of clay soil”.
De thesis richt zich op het effect van grondbewerking op de aggregaat stabiliteit van de bodem. Dit onderzoek is gebaseerd op de theorie dat grondbewerking leidt tot een lagere aggregaat stabiliteit en tot verlies van organische stof uit de bovengrond, wat uiteindelijk kan leiden tot bodemdegradatie. Bodembewerkingspraktijken zouden dan problemen kunnen veroorzaken in de landbouw, omdat ze aanzienlijke schadelijke effecten hebben op de bodem. In dit onderzoek is gekeken naar vier verschillende soorten organische stof (POXC, HWC, totale organische stof en totaal koolstofgehalte) en hun relatie tot de aggregaat stabiliteit. Bodemmonsters zijn onderzocht in een laboratorium, met behulp van natte zeefmethoden, om de aggregaat stabiliteit te berekenen. Deze resultaten zijn vergeleken met eerder verzamelde gegevens en besproken binnen het geselecteerde kader van duurzame landbouwpraktijken. De resultaten toonden aan dat grondbewerkingspraktijken geen significant effect hadden op de aggregaat stabiliteit binnen de aangegeven periode van 5 maanden (P > 0,05). De verschillende velden hadden echter een significant verschillende aggregaat stabiliteit (P < 0,0001). Alle vier soorten organische stof hadden een significant positieve matige correlatie met de aggregaat stabiliteit in de bodem. We concluderen dat de aggregaat stabiliteit niet reageert op strategieën voor bodembeheer op de korte termijn (< jaar).
NATALIA DREIJER: 3E JAAR BACHELOR FUTURE PLANET STUDIES, Universiteit van Amsterdam
10 November 2020 – 30 Maart 2021.
Thesis: “The effect of tillage and straw manure on nutrient leaching on marine clay soils”.
Het thesis onderzoek richt zich op het effect van ploegen en stro-rijke stalmest op de uitspoeling van nutriënten naar bodem en oppervlaktewater. De resultaten van oppervlakte en bodemwater kwaliteit worden beschreven en bediscussieerd. De watersamples zijn genomen uit velden met een marine kleibodem waar bloemkool verbouwd wordt in Hem, Nederland. De bloemkool wordt verbouwd op zes plots waarvan drie met ploegen (T) en drie zonder ploegen (NT) bewerkt worden, allen gecombineerd met stro-rijke stalmest. Uitkomsten van de sample analyse uit de Skalar autoanalyzer worden met behulp van literatuur bediscussieerd om kaderichtlijnen te creëren voor duurzaam mest gebruik.
JHALEESA ALBERG: 3DE JAARS BACHELOR FUTURE PLANET STUDIES, Universiteit van Amsterdam
30 mrt-10 juli 2020.
Thesis: “Will vis-NIR spectroscopy be the new method to measure aggregate stability?”.
Jhaleesa heeft twee modellen in de literatuur vergeleken waarbij aggregaat-stabiliteit berekend wordt uit pH, textuur en gehalte aan organisch materiaal. Het werd vergeleken met data die de aggregaat stabiliteit meten met een klassieke methode (natte zeef) en Near InfraRed spectroscopy. Ze vergeleek verschillende datasets en interviewde Wim Reus. Haar conclusie was dat de huidige modellen niet zo geschikt zijn om aggregaat stabiliteit te berekenen, maar dat NIR-spectroscopy een goede aanvulling is op de klassieke natte-zeefmethode. Het geplande laboratoriumwerk kon i.v.m. COVID-19 geen doorgang vinden.
STEPHAN VAN DIJK, EMILE KAPTEIJN, TIMO VAN DER MEER & ABRAM SCHAAP; TOEGEPASTE BIOLOGIE.
Aeres Hogeschool Almere.
Literatuuroverzicht van de invloed van het bovengronds uitrijden van strorijke mest en het niet keren van de grond op de bodemstructuur, de ondergrondse biodiversiteit (schimmels, mijten & regenwormen) en de bovengrondse biodiversiteit (muizen en weidevogels).
Kennisdeeldagen
Algemene informatie
Projectmanager
Roos van Maanen – Amsterdam Green Campus
Contactgegevens
Roos van Maanen
T: 06 – 30656518
In opdracht van
Partners
- Universiteit van Amsterdam
- Rijksdienst Voor Ondernemen
- Vollegrondsgroente.net
- Ecolane